In een kwartiertje maak je deze koekjes met vijg en amandelpasta. Je kunt ook havermout gebruiken in plaats van havervlokken. Zet de oven niet te hoog, dan kunnen ze verbranden. Houd je niet van amandelpasta? Gebruik dan pindakaas of een andere notenpasta.
- Voorverwarm de oven op 180 graden. Ontpit de dadels en laat ze in een kopje met warm water weken totdat ze goed zacht zijn. Dit duurt ongeveer 5 minuten.
- Snijd ondertussen de vijgen in kleine stukjes – ongeveer de grootte van rozijnen. Als de dadels helemaal zacht zijn haal je ze uit het water en mix je ze fijn met de staafmixer. Voeg een paar theelepels water aan de substantie toe en blijf verder mixen, zodat er een soort “dadelpasta” ontstaat. Lukt het niet om een redelijk glad geheel te krijgen? Dan werkt het ook heel goed om het nog eventjes te prakken met een vork.
- Verhit de kokosolie kort in een pannetje totdat het nét vloeibaar wordt. Gooi de havervlokken en speltbloem in een grote kom. Voeg hier de dadelpasta aan toe, de vloeibare kokosolie en de stukjes vijg.
- Kneed het geheel tot een bal van deeg. Blijft het niet goed aan elkaar plakken? Dan kun je extra kokosolie toevoegen of nog extra dadelpasta maken.
- Maak nu platte koekjes van het deeg (je kunt zelf de grootte bepalen), en/of maak balletjes door het deeg tussen je handpalmen te rollen. 6. Leg de koekjes/balletjes op de bakplaat. Bak de koekjes/balletjes 10 minuten in de voorverwarmde oven. Ze zijn dan nog een klein beetje zacht, maar zullen mooi hard geworden zijn nadat je ze 10 minuten laat afkoelen.
Serveer de koekjes met een laagje amandelpasta.