
Biologische melk
In de Nederlandse biologisch melkveehouderij is er veel aandacht voor een natuurlijke werkwijze. Niet alleen wordt er anders met de koeien omgegaan, er is ook veel aandacht voor het land. Het gaat om de samenwerking. Zo krijgen de dieren minder en veel natuurlijker krachtvoer. Geen soja of palmvet, maar bijvoorbeeld granen. De weilanden waar de koeien grazen bevatten diverse soorten gras en kruiden. Er wordt geen kunstmest gebruikt. Kortom, de dieren hebben een veel beter en natuurlijker dieet. Ze geven hiervoor niet zo extreem veel melk, wat veel beter voor ze is.
De melkkoeien en de jonge koeien staan lekker veel in de wei. Zeker 180 dagen en gemiddeld zelfs 205 dagen per jaar in de buitenlucht. Ze krijgen minimaal zes meter leefruimte in de stal en ze mogen wat minder melk produceren. Biologische koeien leven daarom langer dan industriekoeien. Biologische melk en andere zuivel kun je herkennen aan het logo met het ‘groene blaadje’.
Het biologisch-dynamische keurmerk Demeter (te vinden in natuurwinkels) heeft nog meer voordelen voor dierenwelzijn. Zo is het verwijderen van de hoorns van melkkoeien verboden. Dat kalfjes bij hun moeder mogen blijven, is helaas bij nog geen enkel keurmerk gegarandeerd. Wel gebeurt dit op een deel van de biologische en Demeter-boerderijen. Op deze website, onder het kopje ‘Overzicht praktijkvoorbeelden’ vind je een kaart met melkveehouders die kalfjes bij de koe houden.