Sluit je aan

Meld je aan voor onze e-mails, zodat we je op de hoogte houden van wat jij kunt doen voor de dieren in de vee-industrie. We sturen je maximaal 1 tot 2 mails per maand.

Dierziekten in Nederland over de afgelopen jaren

Varkenspest

In 1997 is voor het eerst de varkenspest uitgebroken. Een besmettelijke virusziekte, ongevaarlijk voor mensen. In twee jaar tijd zijn twaalf miljoen varkens geruimd, waarvan elf miljoen preventief. Dit zou te voorkomen zijn geweest met vaccinaties. Besmette varkens krijgen onder meer koorts en onderhuidse bloedingen. Uiteindelijk sterven de dieren aan de ziekte.

De meeste dreiging komt op dit moment van de Afrikaanse varkenspest. Anders dan de naam doet vermoeden, houdt ook de Afrikaanse varkenspest (AVP) zich niet aan de grenzen van een continent. De ziekte is bezig met een opmars in Europa . Het virus treft zowel gehouden varkens als wilde zwijnen. Besmette dieren sterven vaak binnen tien dagen. Mensen zijn niet vatbaar voor de ziekte, maar kunnen het virus wel verspreiden. In 2018 kwam het virus plotseling dichtbij toen in België besmette wilde zwijnen werden gevonden. Voor deze variant is nog geen vaccin beschikbaar.

BSE

Oftewel: de gekkekoeienziekte. Ook gevaarlijk voor mensen en geiten. Deze ziekte wordt voornamelijk verspreid door veevoer waar meel in zit dat gemaakt is van besmette dieren. BSE tast het centrale zenuwstelsel aan, met schrikreacties, gevoeligheid voor licht en uiteindelijk de dood als gevolg.

Runder-TBC

Een bacteriële ziekte, overdraagbaar via melk of de lucht. Ook mensen kunnen deze vorm van TBC krijgen. In 1999 lijkt Nederland ziektevrij, maar in 2012 zijn opnieuw besmette kalfjes aangetroffen. Symptomen zijn o.a. ademhalingsproblemen en gewichtsverlies. Soms sterven de dieren. De verspreiding van runder-TBC is te beperken door te stoppen met internationale transporten.

Mond- en klauwzeer

Een zeer besmettelijke virusziekte voor koeien, varkens, schapen, geiten en herten. De dieren krijgen blaren, met name op de tong, uiers en poten. Genezing is mogelijk, maar veel jonge dieren sterven. Tijdens de laatste uitbraak, in 2001, zijn ruim 260.000 dieren geruimd. Ook hobbydieren. Te voorkomen door dieren te vaccineren en resistentie te laten opbouwen.

Vogelgriep

Dit griepvirus geeft dieren én mensen tranende ogen en opgezette kelen. Bij de agressieve variant overlijden de dieren snel. Zodra er hiermee een besmette kip, eend of kalkoen is gesignaleerd, worden alle dieren in de stal vergast. Europa kampt momenteel met de grootste uitbraak van de vogelgriep ooit. Het virus is inmiddels endemisch geworden en gaat voorlopig niet meer weg. Sinds oktober 2022 zijn er al meer dan 6 miljoen miljoen dieren gedood in Nederland. Hiervan zijn er meer dan 1 miljoen preventief vergast.

Q-koorts

Deze bacteriële ziekte veroorzaakt onder andere spontane abortussen bij geiten en schapen. Ook andere dieren raken soms besmet. Mensen krijgen griepachtige verschijnselen of komen te overlijden. De bacterie inademen is genoeg om het te krijgen. Dankzij verplichte vaccinaties en strenge controles loopt het aantal besmettingen terug.

Blauwtong

Knutten, een muggensoort, verspreiden deze ziekte en maken vooral schapen ziek. Er kunnen ontstekingen ontstaan aan de bek en de tong wordt vaak blauw. Sommige dieren sterven. Sinds 2012 is Nederland Blauwtong-vrij.

Het Schmallenberg-virus

Dit virus komt voor bij herkauwers: koeien, lammetjes, kalfjes en geitenlammeren. Dieren krijgen koorts, diarree of een misvormd of doodgeboren jong. De eerste uitbraak dateert van 2011. Ook deze ziekte is overdraagbaar via knutten. Omdat het virus vrij nieuw is, is het voorkomen van contact met deze muggensoort nu de aanpak.

Waarom zijn deze dierziekten niet voorkomen?

Goede vraag. Voor veel ziektes zijn namelijk gewoon vaccinaties beschikbaar. Ze worden alleen om commerciële redenen niet gebruikt. Sommige landen willen geen vlees importeren van gevaccineerde dieren. Of het vaccin is te duur voor de boer.

Wat wil Wakker Dier verbeteren?

  • Het voorkomen van dierziekten door vaccinatie.
  • Het voorkomen van verspreiding door minder veetransport en minder dieren.
  • Het beschermen van gezonde dieren.